Dinsdag 28 oktober. Esfahan of Isfahan wordt onze laatste pleisterplek. Het is een drukke stad met meer dan een miljoen inwoners. Voor het gros van de Irantoeristen is dit het hoogtepunt van hun
reis. Ze komen hier voor het immense centrale plein, de historische bazaar, de belangrijke islamitische gebouwen, de tuinen en de bruggen over de Zayandeh-rivier.
Het Naqsh-e Jahan-plein is inderdaad indrukwekkend groot en getuigt van een harmonische urbanisatie, iets wat je in weinig grote Iraanse steden ontmoet. Maar dit als een van de mooiste pleinen ter
wereld bestempelen, lijkt overdreven. De Masjed-e Shah-moskee domineert de zuidzijde van het plein. Ze is volledig blauw betegeld, zowel binnen als buiten. Spijtig dat het binnenplein nu volledig
overdekt is met een immense lelijke tent voor de festiviteiten van de herdenking van de moord op Hoesseini; de mooie buitenmuren en minaretten kunnen we niet bewonderen. Maar gelukkig is de moskee
binnen ook een pareltje. Metzijn 20 000 vierkante meter is het de grootste moskee van het land.
Aan het plein ligt nog een andere moskee, met een crèmekleurige koepel. Daartegenover staat het Ali Qapu-paleis, in nogal vervallen toestand. Maar binnen verrast het door zijn verfijnde afwerking.
Vanop het terras zou je zicht hebben op het plein, maar door de stellingen en het kippengaas hebben we er niet veel van gemerkt.
Het mooiste paleis van Isfahan is ontegensprekelijk Chehel Shotun, en 17e-eeuws paviljoen midden een waterrijke tuin. Vooral de fresco's maken het een bezoek overwaard. Er zijn zelfs afbeeldingen
van westerse bezoekers en hier en daar zie een gewaagde voorstelling (naar Iraanse normen).
Iets verder van het stadscentrum bezoeken we de Jameh-moskee. Het is een waar museum van Islamitische kunst.De bouw begon onder de Seljukken in de 11e eeuw, maar er werd steeds maar uitgebreid tot het einde van de 19e, zodat alle stijlen aanwezig zijn,
weliswaar in perfecte harmonie. Het gebouw is volledig in baksteen opgetrokken, hier dus geen kleur, maar wel veel staaltjes van sublieme bouwkunst. Zo kan je heel goed zien hoe de ronde koepels op
een vierkante onderbouw rusten met daar tussenin een achthoek en een zestienhoek.
In het zuidoosten van de stad ligt Jolfa, de Armeense wijk. Op de moskee-achtige kerkkoepel staat een kruis en er zijn ook klokken. Binnenin
is de kerk overdadig versierd met fresco's, er is geen plekje van de muren onbedekt. Hier zijn het uiteraard christelijke afbeeldingen. Onze Iraanse gids probeert ons de iconografie te verklaren,
maar als ze merkt dat wij ook Adam en Jezus kennen, geeft ze het sportief op.
's Avonds gaan we naar de beroemde bruggen. De rivier staat droog en er is weinig beweging. Voor de Iraanse jeugd is dit de ideale
ontmoetingsplaats, maar nu is het waarschijnlijk te koud voor romantische afspraakjes.
Onderweg naar het Naqsh-e Jahanplein worden we getrakteerd op gratis thee en ook op het plein zelf, vóór de Masjed-e Shah-moskee mogen we
meedrinken. Het feest ter ere van Houssein maakt de sjia's vrijgevig. De theebekers zijn wel origineel met de vermelding 'Down with the US, UK and Israel'. Onmiddellijk zijn we omringd door de
mannen die hun Engels willen uitproberen. Een moskee-medewerker wil ons persé mee naar binnen om te tonen hoe de gebedsdienst verloopt. Hij blijkt nogal fanatiek gezagsgetrouw te zijn met niets dan
lof over de Iraanse leiders. Volgens hem wordt Iran belaagd door Irak en de rest van de wereld die wapens levert. Iran voert een eenzame strijd en trotseert dit gevaar alleen met zelf gemaakt
wapentuig. De man verzwijgt gemakkelijkheidshalve dat Rusland en China ook al eens vliegtuigen en raketten leveren. Aardig clubje daar rond de moskee.
Het was een zware dag vandaag. Morgen houden we het rustig voor onze laatste dag Iran.